Heeft u een lichamelijke klacht en wilt u weten wat er aan de hand is? Dan maken wij binnen de praktijk soms gebruik van echografie. Wij kiezen voor het uitvoeren van een echo als onze fysiotherapeuten bij een bepaalde klacht niet met het blote oog, met zekerheid, kunnen zeggen wat er aan de hand is. Met behulp van echografie kunnen wij echt in een spier of bijvoorbeeld pees kijken.
Hoe werkt echografie?
Een echografie is een onderzoek waarbij geen gebruik gemaakt wordt van röntgenstralen, maar van geluidsgolven. Dit zijn geluidsgolven met een zeer hoge frequentie, zo hoog dat ze voor het menselijk oor niet hoorbaar zijn.
Wat heeft echografie te bieden?
Een onderzoek met behulp van echografie is snel, gemakkelijk, comfortabel en onschadelijk voor de patiënt. Als de behandelaar zelf het onderzoek uitvoert bij de patiënt, ziet deze onmiddellijk de dynamische beelden, dit in tegenstelling tot röntgenopnames en MRI welke slechts statische beelden opleveren.
Tijdens een echografisch onderzoek kan de patiënt actief deelnemen door aan te geven wanneer en bij welke beweging de klachten toe of afnemen. De fysiotherapeut kan dan direct een relatie leggen tussen de klacht en de beelden die hij ziet.
Wat kan er met echografie beoordeeld worden?
Op de echo kunnen wij vooral spieren, pezen, kapsels, banden en kalkvorming goed beoordelen. Ook kunnen wij zien of er sprake is van vocht in een gewricht of dat er mogelijk een slijmbeursontsteking is. Daarnaast is het mooie van de echo dat wij ook dynamisch (bewegend) kunnen kijken wat in het gewricht gebeurt en waardoor er klachten ontstaan. Wij gebruiken de echo voornamelijk voor aandoeningen zoals schouderklachten, heupklachten, knieklachten, elleboogklachten, achillespeesklachten, hielspoor en enkelklachten.